Interview Klaas Wim Jonker

Geplaatst: 03 April 2023

Weidevogels hebben het moeilijk. Daarom moeten we ze een handje helpen.

Interview Klaas Wim Jonker

Even voorstellen

Klaas Wim Jonker is voormalig melkveehouder in Zuidermeer, een dorp met 500 inwoners tussen Hoorn en Alkmaar. Voorheen was hij ook actief in de Agrarische Natuurvereniging Hollands-Noorden. En actief is hij nog steeds: sinds zes jaar is hij bestuurslid voor de FBE Noord-Holland als vertegenwoordiger van de agrarische collectieven. Daarnaast is hij vrijwilliger bij een centrum voor mensen met dementie, waar hij mensen van en naar de dagbesteding rijdt. Ook is hij vrijwilliger in het plaatselijke dorpshuis. We vroegen hem naar zijn ervaring met de bescherming van weidevogels.

 

Hoe ben je bij weidevogelbescherming betrokken geraakt?

Veertig jaar terug ben ik met andere jonge agrariërers Agrarische Jongeren gestart. Het leuke is; wij komen allemaal nog steeds af en toe bij elkaar. In het zuiden van de provincie deden ze destijds al veel met weidevogels, en daar verscheen een rapport over. Dat vond ik interessant. Mijn vader had vroeger heel veel weidevogels op zijn land. Toen maaiden we veel minder breed en reden we 4 kilometer per uur. Ik zag dat alles steeds sneller ging en dat de weidevogels die ontwikkeling niet konden bijbenen. De vogels konden zich niet zo snel aanpassen. We zijn toen plaatselijk gestart met een weidevogelvereniging, die na jaren is opgegaan in de Agrarische Natuurvereniging.

Weidevogels horen bij het agrarisch landschap. De grutto, de kieviet, de tureluur en de scholekster. En ook de veldleeuwerik, de kluut en de wulp. Ze horen erbij, maar ze hebben het moeilijk. Daarom moeten we ze beschermen en een handje helpen.

 

Welke bedreigingen zijn er voor weidevogels?

Vroeg in het voorjaar maaien; dan is er kans dat je de nesten stukmaakt. Ook predatie is een grote bedreiging. Er zijn veel vrijwilligers die de nesten beschermen, maar vervolgens worden ze toch leeggeroofd door vossen, en soms door marters of egels. En dan hebben we nog de ‘vliegende brigade’, de kauwen. Die verstoren de nesten. Ook de grote hoeveelheden ganzen zijn niet goed voor de weidevogels. Ganzen verstoren de nesten en ze maken het land kaal, terwijl weidevogels zich juist willen verstoppen.

Een andere bedreiging is de verstening van Nederland, er is te weinig groen. En er komt steeds meer recreatie. Daar waar het nog landelijk is worden fiets- of wandelpaden gepland. Mensen blijven bovendien niet altijd op de wandelpaden, en ze nemen hun hond mee en laten die loslopen. Fietspaden zijn vaak wel gesloten in het broedseizoen, maar dat staat alleen op een bordje dat mensen niet lezen of negeren. Kortom, de rust voor de weidevogels is verdwenen.

 

Hoe kun je weidevogels helpen?

Met simpele maatregelen kun je ze een beetje helpen. Vaak zitten ze op één bepaalde plek; dan kun je daar later maaien. De Agrarische Natuurvereniging geeft boeren daarvoor een onkostenvergoeding. Er is veel discussie over de effectiviteit van die maatregel. Maar wat we zien is dat bij degenen die meedoen (ca. 10% van het landelijk areaal) de vogelstand vrij stabiel is. Er is daar geen achteruitgang. Op andere plekken is wél achteruitgang; de vogels trekken naar gebieden waar ze meer steun krijgen.

En predatie voorkomen, dat zou goed zijn, maar dat is een lastig onderwerp.  De regelgeving is enorm complex. Voor alle gebieden en voor allerlei soorten heb je een apart faunabeheerplan nodig. De wetgeving is een lappendeken, waarin onderdelen elkaar soms zelfs tegenspreken. Het laaghangend fruit is nu wel geplukt. We komen er niet met simpele oplossingen.



Wat kan je – naast later maaien en predatiebeheer – nog meer doen?

Op vochtige grond kunnen weidevogels goed bij hun eten. Daarom helpen we agrariërs om greppels of een stukje van hun land te vernatten. Dat doen we met plasdraspompen. Boeren zetten die zelf, wij helpen ze daarbij en lopen ze vervolgens regelmatig na. We hebben nu een stuk of 30 pompen geplaatst.

En de scholekster, die houdt van schorren en slikken; hij broedt op schelpen. Wij zetten oude gaasbakken, waar bollen in bewaard werden, op palen in de sloot en doen daar schelpen in. Dit moet nog groeien, kijken of het goed aanslaat. Hier maken we foto’s en filmpjes van.

En we doen nog meer: bloemenstroken bij akkerranden, wintervoedselakkers, eiwitgewas, bufferstroken, bodembeheer en bodemweerbaarheid, onderzoek. Op de website www.anvhollandsnoorden.nl van de Agrarische Natuurvereniging lees je er meer over.




Reactie Patty Laan, directeur FBE Noord-Holland:

Samen met Els Wennekers van de Agrarische Natuurvereniging Waterlanden en Dijken zijn we aan het onderzoeken hoe FaunaSpot kan worden ingezet voor het monitoren van predatie. Met dat soort data kunnen we onze faunabeheerplannen aanscherpen en daarmee het faunabeheer in Noord-Holland verder verbeteren.